zondag 9 december 2012

Pierke

Hallo iedereen.

Na het dialect onderzoek, was ik eigenlijk benieuwd of er nu echt nog iets aan het dialect gedaan werd. Ik kocht een ticket om naar Pierke Pierlala te gaan kijken.

Ik zocht eerst wat zaken op. Ik vond eigenlijk niet veel, enkel dat hij in het huis van Alijn speelde. Ideaal dacht ik.
Helemaal alleen zag ik het niet zitten om te gaan. Ik had een ander idee. Ik nam een jongen van 6 jaar mee, omdat ik zo kon kijken of hij het verhaal wel begreep en of hij dat "gentse accent" wel leuk vindt.

Helaas kon ik niet zo goed filmen in de zaal. Er was belichting op het spel ,waardoor ik geen foto' s kon nemen. Ik filmde wel. Het is heel slechte kwaliteit, maar je kan het een beetje horen.

Met dit filmpje wil ik bewijzen dat er nog echt gents poppentheater bestaat voor kinderen. Het deed me zelf plezier. De jongen die ik mee nam, schaterde van het lachen. Er vroeg een man wat Pierke van Sinterklaas gekregen had. Pierke zei " sletsen". Maar super dialect. De jongen, en andere kinderen lagen krom. Het gelach was enorm in de zaal. Ikzelf moest ook lachen. Het was heel grappig.

Tijdens het poppenspel praatten de andere poppen een mooi AN. Pierke bleef Gents. De kinderen vonden het super. Ook pierke gebruikt heel veel rijmpjes. Rijmpjes die totaal niks met het poppentheater te maken hebben. Maar dat is de kunst. Kleuters rijmen heel graag. Pierke gebruikt op het gepaste moment, als er spanning is, of er is iemand boos. Dan haalt Pierke zijn rijmpjes uit. Er was een moment dat hij zei: " Amedee is boos. Hij is een ouwe doos." De kinderen schaterden van het lachen. Ook pierke zei eens " ien twie dreie". Hij motiveerde de kinderen dit na te doen. Ook de jongen die ik mee had, deed dit mee. Hij moest enorm lachen. Hij zei zelf dat hij het maandag aan zijn meester ging vertellen.

Wat me opviel is dat het vooral kleuters waren. Ik zag echt geen kinderen die ouder waren dan 7-8 jaar. Hoe de kleuters lachtten. Hoe ze mee gingen in het avontuur. Pierke maakt vaak contact met de kinderen. Dat toont dat de kinderen het verhaal echt begrijpen. Ze kunnen zeggen wat er gebeurd is, of wat Pierke moet doen.

Ik ben heel blij dat ik naar het poppentheater ging. Ik voelde me zelf weer een beetje kind en ik vond het heel leuk om te horen dat kinderen toch nog met dialecten te maken krijgen.

Ik plaats nog even een filmpje dat ik maakte. Je kan het niet goed zien, maar als je het geluid heel luid zet, kan je de taal even mee horen.
Geniet er van!

Groetjes

Juf Stephanie

donderdag 6 december 2012

expertisecentrum Erfgoededucatie

Word fan van de facebookpagina van het Expertisecentrum Erfgoededucatie!



Het dialectonderzoek dat op touw wordt gezet, is een project van het Expertisecentrum Erfgoededucatie. Af en toe zal op de facebookpagina van het Expertisecentrum berichten verschijnen over het lopende dialectonderzoek. Wie op de hoogte wil blijven van het dialectonderzoek en van de andere lopende projecten van het Expertisecentrum, kan fan worden van onze facebookpagina!
 
 
Bij dit artikel hoef ik niet veel uitleg te geven. De bedoeling is dat je via de Facebook account, gaat kijken op de pagina. Je ziet er een tal van uitstappen en ervaringen die gebeuren door het expertisecentrum van  Katho Tielt.
 
 
Klik op de link hieronder en je kan ineens alles mee volgen.
https://www.facebook.com/ECerfgoededucatie
 
 
Groet
 
Stephanie

Petitie dialect erfgoed

Dialecterfgoed verdient steun van de overheid!

De traditionele dialecten in Vlaanderen zijn snel aan het verdwijnen: ze worden door steeds minder mensen in steeds minder situaties gesproken. De dialecten zijn het resultaat van een eeuwenlange mondelinge taaltraditie: gedurende anderhalf millennium zijn ze van generatie op generatie overgeleverd.

  Daarom vormen ze een belangrijk onderdeel van ons cultureel patrimonium. Bovendien kan de taalgeschiedenis van Vlaanderen alleen via de studie van de traditionele dialecten beschreven worden. Het is dus dringend nodig de dialecten vast te leggen en de bestaande verzamelingen dialectgegevens te bewaren en te ontsluiten.


Een dergelijke belangrijke opdracht wordt het best door een organisatie of instelling uitgevoerd die financieel gesteund wordt door de Vlaamse overheid, en die ook voor vragen over dialect en oraal erfgoed ondersteuning kan bieden aan het publiek, aan scholen en aan organisaties binnen de erfgoedsector die daar behoefte aan hebben.
Als u vindt dat dat een goed idee is, teken dan de onderstaande petitie die aan de Vlaamse overheid overhandigd zal worden.


prof. dr. Jacques Van Keymeulen


Op school leer men het AN. Daarom vind ik dat de charmes van het dialect niet mag verdwijnen. Natuurlijk moet er wel een limiet zijn. Bij heel kleine baby' s en peuter/kleuter zou ik nog niet te veel dialect leren. Hoewel er toch onbewust veel dialect gesproken is. Ik wil maar een klein voorbeeld geven. Ik ken een kind dat in Antwerpen woont. Haar papa zei steeds " geef mij ies a polleke". Toen dat kind 3 jaar was zei ze" Polleke eefen". Met dit wil ik maar duidelijk maken, dat het soms ook negatief kan zijn. Ikzelf ben van Gent. Ik ging naar Deinze van mijn 13 jaar. Mijn accent was volledig langs de kant van Deinze.
Ik ging 1 jaar in Gent naar school. En dat Gentse accent is gebleven. hoewel ik thuis met mijn mama AN praat.

Daarmee wil ik bedoelen dat je een dialect niet hoeft aan te leren. Vanaf de persoon er langdurig mee in contact komt, zal het wel een gewoonte worden. Leer het kind eerst AN nadien kan het dialect komen. Ik blijf bij mijn mening
Dialect heeft zijn charmes.

Denkt u er ook zo over?
Teken dan deze petitie!
http://www.dialecterfgoed.be/


allemoal tuupe tegoare en da dialect blijft bestoan!


groetjes

Stephanie

maandag 3 december 2012

Ik woon hier. Waar is Sinterklaas?


Hallo iedereen

Alweer een tijdje geleden dat ik mijn avonturen online bracht.

Het was laatst een hele drukke periode voor mij. Ik kreeg namelijk de opdracht om thema " wonen" uit te werken. Toen ik echter op stage observatie ging, hoorde ik van de juf dat het eigenlijk al thema Sint is. Ik dacht wonen en Sint. Dat moet lukken. Maar dan kwam de opdracht multicultureel er bij. Ik dacht na. 2 weken lang puzzelde en zocht ik om toch een mooie rode draad in mijn thema te krijgen.

Jullie zijn alvast benieuwd! Lees hier maar mijn verhaal.


Eerst en vooral brainstormde ik over woorden rond " wonen" en "Sint". Ik zocht zaken die bij elkaar hoorden. Ik had iets gevonden, de dag nadien vond ik het dan weer minder goed. Ik ging opnieuw opzoek. Plots had ik het gevonden. ik wou werken rond het boek" Mijn huis is een ballon" van Astrid Panis.


Het boek gaat over een jongen, Floris. Zijn favoriete plaats in huis is de speelkamer. Hij kan er uren spelen! Opeens schrikt Floris. Zijn huis wordt een ballon! Papa zit nog in bad, mama aan de telefoon. Floris wordt bang. Zijn huis vliegt weg.


Ik maakte voor in de klas een tijdlijn met een "ballonnenhuis" . Elke dag was er iets dat in de belangstelling stond.

De eerste dag vertelde ik dus het verhaal van Floris. We stonden stil bij ons eigen huis. Hoe ziet ons huis er uit. Welke kamers hebben wij? Hoe zou ons huis er uit zien, moest het een ballon worden?

Allemaal vragen waar wij mee zaten. Natuurlijk zochten we de oplossing. We deden een waarneming van het huis, en de kleuters kregen de kans om hun eigen huis in een ballon te tekenen.
Het was ook de aller eerste keer dat de kleuters huiswerk kregen. Ze moesten namelijk kijken of zij thuis een badkamer, keuken, slaapkamer en woonkamer hadden. Dat was een heuse opdracht om dat te onthouden.


 
 
Ondertussen zijn we al dinsdag. We bespraken nog kort hoe ons huis er uit ziet. We vroegen ons af of het huis van Sint en Piet er ook zo uitziet? Waar moeten al die Pieten slapen?
 
 
Ik bracht het boek " Sinterklaas"van Charlotte Dematons mee. Daarin konden de kleuters heel goed zien hoeveel kamers er zijn. Er viel ons iets heel erg op. Wij hebben 1 badkamer, maar die Pieten hebben 7 badkamers!
 
We telden ook hoeveel Pieten er zijn.
Woensdag was er een pedagogische studiedag. Donderdag waren we terug allemaal samen in de klas. Daar vertelde ik een nieuw verhaal, een nieuw probleem.
 
 
 
 

Mijn boek  heet" Sinterklaas en het kleine hoogtevrees pietje".
Het gaat over een zwarte Piet dat overal bang van is. Aan tafel zitten is veel te hoog. In bed slapen, is veel te hoog. Uit een glas drinken, dat is veel te diep.
 
Samen met de kleuters zochten we een oplossing voor dat hoogtevrees pietje. Want wat als er geen schoorsteen staat op een huis. Dan moeten de Pieten toch niet op dak?
 
Heel veel vragen, waar wij vandaag het antwoord op zochten.
 

We hadden huizen, met allemaal ramen. De kleuters mochten alle ramen uitprikken en achter het raam een Pietje of een Sint kleven. Zo leek het wel dat Sint en Piet binnen in het huis zaten.

Dat was een oplossing. Sint heeft een sleutel van elk huis. Ook het raam moet open blijven, voor moest de sleutel niet werken. Sinterklaas heeft ook een bakje waar elke garagepoort open kan. Sint is dus hyper modern geworden en een hoogtevrees piet is dus helemaal niet erg meer!

Vandaag verkleedden de kleuters zich ook allemaal in een zwarte Piet. Hier onder is nog even een sfeer foto.



Natuurlijk was er ook tijd om te spelen. De juf bracht een draaischijf mee, er was ook een groot houten speelhuis, de winkel die allerlei nieuwe spullen had. Het bureau van Sint en Piet, enz...
 





 
 
Donderdag vertelde de juf ook een verhaal op een heel speciale manier. De kleuters mochten kijken naar eens stukje toneel.
 
Ik toonde in de klas het boek " Klaasje Sinterklaasje" van Kathleen Amand. Dat verhaal had ik omgetoverd samen met een medestudente naar een toneel. Klaasje toonde hoe cadeautjes ingepakt worden. Hij vertelde ook wat een Sint allemaal moet kunnen om echte Sint te zijn.
 
Klaasje beleefde met de kleuters een heus avontuur.
 
Klaasje Sinterklaasje
 
 
We zijn vandaag al vrijdag. Vandaag kregen de kleuters hoog bezoek vanuit de Filipijnen. Galapieno was namelijk op bezoek. Hij kwam helemaal met het vliegtuig naar België om zijn vriend Balong voor te stellen. Balong is een jongen die zijn huis toont aan de kleuterklas. Hij vertelt er ook bij dat hij heel veel kippen heeft en dat zijn beste vriend Galapieno is en dat hij de beste kok van de gehele wereld is.
 
 
Galapieno wou dat natuurlijk bewijzen. Daarom kookte hij en de juf samen met de kleuters Misua Patola. Een Filipijnse courgette soep.
 
 
Nadat we de soep gemaakt en opgedronken hadden, zat de dag er al op. Ik sloot mijn fantastische stageweek af met veel knuffels in een volledie Sint sfeer.
 
 
 
groetjes  juf Stephanie
 
 
 
 
extra:
 
Ik vond ideeën rond de Filipijnen op volgende site
 
 
 
Op deze site vond ik heel wat boeken, die redelijk voordelig zijn. Je betaalt de prijs van een gewoon boek, maar je betaalt geen verzendingskost. De verzending gaat ook heel snel.
 

zondag 21 oktober 2012

Kriebelhanden

Dag iedereen

Deze week deed ik stage in de peuterklas. Het thema was 'kriebelhanden'.  Na een brainstorm  over handen, wisten we wat ik wou uitwerken. VOELEN!  Maar hoe leid je dat nu in bij peuters. Het was een heuse opdracht waar we al snel onze weg in gevonden hadden.

Eest wilde ik specifiek rond handen werken. Het eerste deelthema was dus ' we bekijken onze handjes'.

Binnen dit deelthema verkenden de peuters hun eigen handen. Iedereen heeft vijf vingers aan elk hand en aan elke vinger zit een nagel.
We leerden de peuters ook dat iedere vinger een naam heeft , dat was niet zo makkelijk
maar met een liedje lukte het wel !

Waar is duimpje? waar is duimpje?
Hier ben ik, hier ben ik
Geef me nog een zoentje
Geef me nog een zoentje
 SMAK SMAK SMAK 

Waar is pinkje? Waar is pinkje?
Hier ben ik, hier ben ik
Geef me nog een zoentje
Geef me nog een zoentje
SMAK SMAK SMAK

Bij dit liedje is het de bedoeling dat de peuters de handen verstopt achter de rug. Bij het zingen ' hier ben ik' steekt het kind 1 duim vooruit. Daarna komt de volgende duim erbij. Als er ' SMAK SMAK SMAK' wordt gezegd, geven de duimen elkaar een zoentje.

Dit kan gevarieerd worden met de verschillende vingers. Doordat het bij ons een peuterklas was, hielden we het bij de pink en de duim. Dit was al moeilijk genoeg. Een duim omhoog steken lukt goed maar een pink, dat was een gehele opdracht om die, zonder alle andere vingers omhoog te  steken.

We deden  ook van alles met onze handen. De peuters maakten zoutdeeg. ZE moesten zelf alle ingrediënten kneden. Elk deeltje had wel een ander gevoel. De bloem voelde zacht en het zout voelde wat hard. Als daar water werd bij gedaan, voelde het weer helemaal anders.
 Nadat de peuters zoutdeeg gekneed hebben, mochten de peuters hun handafdruk in het brooddeeg stempelen.
Dit werd dan in de oven gestoken om de volgende dag ons bedrukt hand te schilderen met de vingers, weliswaar!

Het volgende deelthema was " vieze vuile handjes". Daarin vertelde ik  het verhaal ' Ik wil lekker vies' geschreven door Tony Ross



Dit verhaal gaat over een prinses die haar handen veel moet wassen. Ze weet alleen niet waarom ze haar handen zo veel moet wassen. Als ze niest, moet ze haar handen wassen. Als ze gaat plassen, moet ze terug haar handen wassen. Als ze moet eten, moet ze terug haar handen wassen. Maar nog steeds weet de prinses niet waarom ze dit  moet doen.





Dit verhaal geeft een mooi en duidelijk beeld weer, wanneer de kinderen hun handen moeten wassen. en waarom. Het is een boek met zachte prenten, die heel duidelijk zijn voor het jonge kind.


De peuters  wisten waarom handen wassen belangrijk is, gingen we aan de slag. Handen wassen moet je immers oefenen! Daarom ging de zandtafel weg, en toverden we die om tot een echte wastafel. De kinderen konden kiezen tussen verschillende soorten zeep, welke handdoeken ze namen, enz..

We stonden er ook even bij stil wat zeep eigenlijk is. Dat wast wel onze handen, maar hoe komt dat nu? Wat is zeep precies?

Samen met de peuters maakten we onze eigen stukken zeep. Dit deden we met natuurlijke witte vlokken, en dan blauw gekleurd badschuim. Weer moesten we kneden, zoals bij het brooddeeg. Maar nu voelde het helemaal anders aan. Het gleed tussen onze vingers. Het voelde een beetje raar, maar eigenlijk was het super netjes. Hoe gek!

Nadat we onze zeepjes vorm kregen, moesten ze drogen tot de volgende dag. En dan.. Ja, dan konden we onze handen wassen met ons eigen stuk zeep.

De laatste dag rond thema 'kriebelhanden' is aangebroken.
Dit wilden we niet zo maar afsluiten.  We werken nog een gehele dag rond zeep, maar er is niks  leuker dan eens klieder kladderen met schuim.

Ik zette  2 tafels uit elkaar. Op de ene tafel wreven we gewone scheerschuim uit. Het leek wel om op te eten! maar natuurlijk maakten ik en de peuters duidelijke afspraken. Het is zeker niet om van te eten. Op de andere tafel was het heel speciaal. Ik  legde een blauwe gel op de tafel en als je op die gel wreef, dan werd het net hetzelfde als op de eerste tafel.

Het was een namiddag dolle pret. Hieronder nog even een sfeer foto van de klieder kladder schuimnamiddag.




Dit was de eerste grote ervaring van het 2e jaar in kleuteronderwijs. Binnenkort komen er zeker nieuwe ervaringen op!